Op deze plek stond de Koeveringse molen. Deze molen werd op 25 september in brand geschoten en volledig verwoest.
Iets naar het oosten, richting de snelweg, werden enkele geallieerde tanks uitgeschakeld door het zware, Duitse geschut. Zwaargewonden lagen in niemandsland rondom de brandende tanks. Toen soldaat George Whitfield, van de 326th Airborne Medical Company, hoorde wat zich afspeelde, reed hij op eigen initiatief naar de plek des onheils. Hij parkeerde zijn jeep achter een brandende tank en kroop naar de kermende tankbemanning. Onder aanhoudende beschietingen verzorgde hij de verwondingen en kroop terug naar zijn jeep. Overal vielen granaten en ontplofte munitie van de brandende tanks. Toch lukte het Whitfield om met zijn jeep bij de gewonden te komen en ze naar het veldhospitaal in Sint-Oedenrode te brengen.
Daarna reed hij met gevaar voor eigen leven weer terug naar de tanks. Zijn jeep parkeerde hij, uit het zicht, achter een schuurtje. Op zoek naar meer gewonden werd hij beschoten vanuit Duitse posities. De boerderij kreeg een voltreffer en zijn jeep raakte begraven onder het puin. Vlug verwijderde hij het puin en reed naar een volgende, zwaargewonde tankbemanning. De beschietingen hielden aan, maar Whitfield wist ook deze mannen naar het veldhospitaal te brengen. Met zijn heldendaad redde Whitfield de levens van zijn kameraden. Soldaat George Whitfield is voor zijn bijzondere moed onderscheiden met de Distinguished Service Cross, de op één na hoogste onderscheiding van het Amerikaans leger.