Ook is hij lid van de vrijwillige brandweer, zodat hij niet wordt opgeroepen voor de ‘Arbeitseinsatz’. Bovendien mag hij vanwege die functie nog de straat op tijdens spertijd. Om ’s avonds en ’s nachts de indruk te wekken dat hij als brandweerman op pad is, hangt zijn brandweerhelm aan zijn stuur maar in zijn binnenzak ontbreekt nooit een pistool.
Het Doetinchemse verzet
Tijdens de eerste twee jaren van de bezetting is er amper sprake van verzet. Nadat joden worden weggevoerd, de schaarste en de repressie toenemen en er steeds meer mannen voor de ‘Arbeitseinsatz’ naar Duitsland moeten, groeit de weerstand en neemt het verzet toe. In Doetinchem ontstaan vijf groepen met een eigen commandant. Zij geven leiding aan een groot aantal verzetsmensen die zijn onderverdeeld in groepen van gemiddeld acht personen. De leden kennen over het algemeen alleen de leden van de eigen groep. Zo wordt bij arrestatie of verraad voorkomen dat de andere groepen gevaar lopen.