#Verhaal

“Op 6 april 1945 sliep ik voor het eerst in twee jaar weer rustig”

Verzet, verraad en onderduik dat is wat er in Den Ham voorafging aan de bevrijding van deze plaats. Mannen én vrouwen waren in Den Ham actief betrokken bij het verzet tegen de Duitse bezetter. De weduwe Grevink was een van hen. Zij overleefde de oorlog waar anderen het leven lieten, veelal in Duits concentratiekampen kort voor het einde van de Tweede Wereldoorlog in Europa.

Het was het voorjaar van 1943 toen de weduwe Grevink werd gevraagd of zij enkele mensen in huis wilde nemen. Ze woonde samen met haar dochter Marietje aan de Brinkstraat in Den Ham, waar zij een pension had. Zo kreeg ze het pas getrouwde Joods echtpaar Cohen in huis. Later ook nog het zusje van mevrouw Cohen. En kort voor de bevrijding nog vier anderen.  Een muurkast werd schuifkast waarachter de onderduikers zich konden verschuilen bij een eventuele huiszoeking. Van de ondergrondse kreeg ze bonnen om de extra monden te voeden. 

In het najaar van 1943 namen de spanningen in Den Ham toe. De vaderlandslievende burgemeester werd afgezet nadat hij enkele, de Duitse bezetter onwelgevallige, opmerkingen had gemaakt. Den Ham kreeg een NSB-burgemeester, die het huis van zijn voorganger betrok en daarmee de nieuwe buurman van mevrouw Grevink werd.  Oppassen dus, helemaal omdat in het pand tegenover haar Duitse soldaten waren gelegerd. 

Het leven in Den Ham verliep relatief rustig, tot februari 1944. Ene Jan Willem van der Tuin wist in de maanden daarvoor toegang te krijgen tot de ondergrondse van Den Ham. Met een aannemelijk verhaal presenteerde hij zich als voortvluchtige  verzetsman, maar in werkelijkheid was hij spion en handlanger van de Sicherheitsdienst (SD).  

Nadat eind januari 1944 mede dankzij het verzet in Den Ham het plaatselijke distributiekantoor was overvallen, vond Van der Tuin het tijd om de namen van de verzetsgroep door te geven aan de SD. Daarop vond in de nacht van zaterdag 5 op zondag 6 februari een groots opgezette razzia plaats. Op meerdere plaatsen in Den Ham, maar ook elders, werden invallen gedaan en verzetsmensen opgepakt.  

Zo ook Hendrik de Ruiter aan de Molenstraat 25 in Den Ham. Het was een van de adressen waar Van der Tuin zich in de maanden voor de razzia als vermeend onderduiker had weten schuil te houden om er als verrader terug te keren.  Het huis van Hendrik en zijn vrouw Gerritje de Ruiter-Hekman was ook dé plek waar het verzet meestal bij elkaar kwam om hun plannen uit te werken en voor te bereiden.  

Van der Tuin verzamelde zo de benodigde gegevens om de verzetsgroep op te laten rollen. Ook bij mevrouw Grevink werd huiszoeking gedaan, maar niets gevonden en niemand gearresteerd. Er werd bij haar gezocht naar tandarts Bouwman, die daar praktijk hield en ook op het lijstje van Van der Tuin stond.  Van hem was bekend dat hij illegale krantjes verspreidde en wapens beheerde en distribueerde binnen de verzetsgroep.  

Behalve mannen waren er in Den Ham ook meerdere vrouwen actief in het verzet, veelal als koerierster. En vaak ook samen met hun echtgenoot, waarvan er meerdere door toedoen van Van der Tuin kort voor de bevrijding de dood vonden in een van de Duitse concentratiekampen. Hendrik de Ruiter was een van hen. De verrader zelf ontsprong de dans. Hij werd in 1947 weliswaar ter dood veroordeeld, maar zat zijn straf nimmer uit omdat hij wist te ontsnappen. 

Op 6 april 1945 was Den Ham verlost van de Duitse bezetter. Dit tot grote opluchting van mevrouw Grevink, die in 1976 in een interview ter ere van haar Jad Vashem onderscheiding liet weten die bevrijdingsdag voor het eerst in twee jaar weer rustig geslapen te hebben.  

Brink 3, 7683 BP Den Ham, the Netherlands

Photos