#Verhaal

De dood van drie Canadese tanksoldaten

Nadat Arnhem op 14 april 1945 door Canadese en Britse troepen is bevrijd, krijgen de Canadezen op 15 april de opdracht om Operatie Cleanser uit te voeren: in vier dagen het gebied tussen Arnhem en het IJsselmeer ‘schoonvegen’ en voorkomen dat de Duitsers naar West-Nederland vluchten. Vanuit Arnhem rukken de Canadezen op naar het noordwesten, richting het IJsselmeer en de Grebbelinie.

Tijdens de operatie gaan twee Canadese tankbataljons in de voorste gelederen mee. Bij zonsopkomst beginnen tanks in de motregen de aanval op de Schelmseweg ten noorden van Arnhem. Al snel krijgen de tanks te maken met wegversperringen. Na ondersteuning van een bulldozer wordt de aanval na een uur vertraging hervat in de richting van het vliegveld van Deelen. De tanks worden bestookt door vier Duitse 88mm-kanonnen die staan opgesteld in het Deelerwoud aan de rechterkant van de Delerweg. De voorste tank van luitenant William Albert Spencer, ook wel ‘Bill’ genoemd, wordt flink onder vuur genomen en hij besluit eromheen te trekken. Spencer zet zich onmiddellijk in om de Duitse kanonnen te omsingelen, ook al komt zijn tank hierdoor volledig in het zicht te staan. De Duitsers raken zijn tank niet één keer, maar het vuur houdt aan. Zijn scherpschutter, Boone, schakelt een van de kanonnen uit waarbij de Duitse bemanning ook wordt gedood, terwijl de bemanning van een ander kanon vlucht. De tank van Spencer rijdt richting de andere twee kanonnen. Iets voor negen uur ‘s ochtends wordt zijn tank geraakt door een antitankwapen wat zorgt voor een explosie van licht en geluid. Drie bemanningsleden weten de tank op tijd te verlaten, maar Bill Spencer wordt hierbij gedood. Hij is dan 23 jaar en laat een vrouw en een kind van zeventien maanden achter in Canada.

Tijdens deze eerste gevechten van Operatie Cleanser komen naast Spencer nog twee Canadezen uit hetzelfde regiment om het leven. Allan Maxwell Freeman is 24 jaar als zijn tank wordt geraakt door een Duits antitankwapen. Hedley Bannan, door zijn familie en vrienden ‘Pete’  genoemd, is 23 jaar als zijn tank wordt geraakt. Het lukt hem als bestuurder van de tank niet om het voertuig op tijd te verlaten en verbrandt levend. De andere bemanningsleden raken gewond, maar weten op tijd de brandende tank te verlaten. Pete laat een vrouw van 20 jaar achter in Canada. Alle drie hebben hun laatste rustplaats op de Canadese Oorlogsbegraafplaats Groesbeek.

De andere tanks vernietigen de resterende Duitse kanonnen, maar een van de Canadese tank vliegt in brand en de commandant beveelt de bemanning eruit te springen. Terwijl Edward Wunsch in het onderste compartiment kijkt, ziet hij dat de bestuurder zwaargewond is en niet kan ontsnappen omdat het kanon zijn ontsnappingsluik blokkeert. Terwijl de brand zich in de koepel uitbreidt, draait Wunsch het kanon en daalt af in de hete vlammenzee van het onderste compartiment en sleept de schutter door het luik. Beide mannen zijn zwaar verbrand, maar Wunsch redt hiermee het leven van de bestuurder.

Kort hierna wordt het vliegveld Deelen met behulp van tanks en infanterie veroverd. De felle Duitse verdediging van Deelen wordt duidelijk als blijkt dat het vliegveld heeft gediend als hoofdkwartier van een Duits regiment. Onder de Duitse gevangenen bevindt zich de gehele staf van het hoofdkwartier en de commandant ervan, luitenant-kolonel Otto Lais, geeft toe ‘volledig verrast te zijn, zowel wat betreft de richting van de aanval als de kracht ervan.’

Delenseweg 8518, 6877 AE Deelen

Photos